Wil je weten hoe je het bebouwingsgebied berekent en wat het bebouwingsgebied precies is? Van het bebouwde oppervlak tot het resterende bouwvlak. In dit artikel vertellen we je stap voor stap hoe je dit gebied op je perceel bepaalt. Zo kun jij eenvoudig bepalen of jij je bouwproject zonder inmenging van de lokale overheid kunt realiseren.
Wat is het bebouwingsgebied?
Het bebouwingsgebied is het gebied op een perceel of erf waarop vergunningsvrij gebouwd mag worden, volgens de geldende bestemmingsplannen en bouwvoorschriften. Dit is belangrijk om te weten, zodat je kunt bepalen of je een aanbouw, schuur of tuinhuis kunt plaatsen. Als je geen vergunning hoeft aan te vragen bij de gemeente, kan je dat een hoop tijd én geld schelen.
Stap voor stap het bebouwingsgebied berekenen
Stap 1: bepaal het achtererfgebied
Om het bebouwingsgebied te berekenen moet je eerst het achtererfgebied bepalen. Het achtererfgebied is het perceel dat begint op 1 meter achter de voorkant van je woning. Deze loopt in één lijn vanaf de zijkant van jouw woning door tot aan de perceelgrens met het naastgelegen perceel van bijvoorbeeld je buren.
Behalve als het gebouwerf aan openbaar gebied grenst: dan loopt de lijn vanaf het hoofdgebouw parallel met het aangrenzende openbaar gebied, of – als deze je woning of perceel zou doorkruisen – rechtdoor het verlengde van de zijkant van je woning. Het perceel recht achter het hoofdgebouw is altijd achtererfgebied.
Stap 2: bepaal het totale bebouwingsgebied
Voor het bepalen van het totale bebouwingsgebied geldt een zogenaamde ‘nulsituatie’. Hierbij wordt uitgegaan van de oorspronkelijke woning, zoals die indertijd volgens de verleende vergunning is gebouwd. Dandoe je als volgt met deze handige formule:
Totale bebouwingsgebied = achtererfgebied + grond onder woning
Stap 3: bereken de toelaatbare oppervlakte voor bebouwing
Vervolgens stel je vast wat de maximaal toelaatbare oppervlakte voor bebouwing is. Hoeveel je in totaal mag bebouwen hangt af van het totale bebouwingsgebied. De regels hiervoor zijn als volgt:
Is het bebouwingsgebied kleiner of gelijk aan 100 m²? Dan mag je de helft van het bebouwingsgebied bebouwen.
Is het bebouwingsgebied tussen de 100 en 300 m²? Dan mag je 50m² bebouwen plus 20% van het deel van het bebouwingsgebied dat groter is dan 100 m².
Is het bebouwingsgebied groter dan 300 m²? Dan mag je 90m² bebouwen, plus 10% van het bebouwingsgebied dat groter is dan 300 m² tot een maximum van 150 m².
Stap 4: bouwvlak bepalen
Nu je de maximaal toelaatbare oppervlakte voor bebouwing weet, kun je de bebouwde oppervlakte hiervan aftrekken. De bebouwde oppervlakte bestaat uit alle grond onder je oorspronkelijke hoofdwoning en die onder alle bijgebouwen, zoals een aanbouw of schuur. Wat er overblijft, is het bouwvlak waar nog vergunningsvrij kan worden bijgebouwd. Dat bereken je aan de hand van de volgende formule.
Maximaal toelaatbare oppervlakte voor bebouwing – bebouwde oppervlakte = hoeveel er mag worden bijgebouwd
Stap 5: houd rekening met de hoogte van je bouwwerk
Om te bepalen of je vergunningsvrij mag bijbouwen, is ook de hoogte van je bouwwerk van belang.
Binnen een afstand van 4 meter van de woning mag niet hoger worden gebouwd dan 30 centimeter boven de eerste bouwlaag. Bij een woning met maar één bouwlaag, zoals een bungalow, mag het bijbehorende bouwwerk nooit hoger zijn dan de hoofdwoning.
Bij een afstand van meer dan 4 meter van de woning mag een bouwwerk altijd 3 meter hoog zijn. Als er hoger wordt gebouwd gelden er extra voorwaarden voor de dakvorm om te voorkomen dat je te veel zonlicht wegneemt bij de buren. – het dak moet minstens 2 schuine vlakken krijgen– de hellingshoek van de dakvlakken mag niet meer dan 55° zijn– het laagste punt van het dak mag dan niet hoger zijn dan 3 meter – de daknok mag maximaal 5 meter hoog zijn– de afstand tussen de daknok en de perceelgrens moet voldoen aan de volgende formule: (afstand daknok tot de perceelsgrens [m] x 0,47) + 3 = max. daknokhoogte [m]
Stap 6: bepaal het gebruik van het bouwwerk
Ook het type gebruik van het bouwwerk is van invloed op de toegestane grootte en locatie van je bij te plaatsen bouwwerk.
Binnen een afstand van 4 meter van de oorspronkelijke woning moet een extra bouwwerk gelijk of ondergeschikt zijn aan dat van het hoofdgebouw. Er mag dus een bijkeuken, slaapkamer, of uitbouw van de woonkamer worden geplaatst.
Plaats je zo’n bouwwerk verder dan 4 meter van de woning, dan moet het ondergeschikt zijn in gebruik. Denk bijvoorbeeld aan een tuinhuis, garage of plantenkas. Hier kan eventueel van worden afgeweken als het bouwwerk is bedoeld als mantelzorgwoning, of wanneer je buiten de bebouwde kom woont.
Neem contact op
Twijfel je of je een aanbouw kunt plaatsen en zou je graag willen dat er even een expert met je meekijkt? Neem dan gerust contact op met de Prefabriek. Onze adviseurs denken graag met je mee. Bel naar 020-3317470 of mail naar info@deprefabriek. Dan helpen we je graag verder.
